Genealogie van Roelof Dillinga


 

Generatie I


 
I    Roelof Dillinga, geboren circa 1570.
Gehuwd met Rolina Johannis.
Uit dit huwelijk:

   1. 

Derk Roelofs Dillinga, geboren 1596 te Dilligt (zie II).

 

Generatie II


 
II    Derk Roelofs Dillinga, geboren 1596 te Dilligt, overleden 1658 te Groningen, zoon van
Roelof Dillinga (zie I) en Rolina Johannis.
Gehuwd voor de kerk (1) voor 1630 met Johanna Petri.
Ondertrouwd (2) op 2-1-1630 te Groningen met Johanna Laurents Cluiving, geboren te Paterswolde, dochter van Laurents Rommers en Sophia Berniers.
Huwelijksafkondiging: Derck Roloffs in de Princenstrate en Jantijn Lawrens van Potterwolde, daar haar stiefvader Willem Hindrix voor presenteerde. Bij de doop van de kinderen als Derck Roelefs en Jantien Laurens, op de Burse of bij d'Academie, in 1646 Derck Roelffs, oeconomus en Jantjen Louwerens. Het doopboek begint in 1640, zodat de oudste kinderen hier niet in voorkomen. Het Programma Funebris, zie hieronder, vermeldt een aantal van 10 kinderen uit dit huwelijk, waarvan in 1658 vijf zoons en een dochter in leven zijn.
Derk Roelofs, borsemester en zijn huisvrouw Jantien worden in 1655 afgekocht door Reiner Jansen en zijn vrouw Lambertin van het aandeel van Jantien in het Kluivinge erve te Potterwolde zoals zij van haar ouders en van haar broer Bernier Jansen heeft geërfd.
[1]
De naam Dillinga is mogelijk pas gebruikt na het overlijden van Derk Roelofs en zal verband houden met zijn geboorteplaats Dillich (Dilgt). Dit zou kunnen verklaren dat zoon Laurentius in 1652 de naam Eissing voert bij zijn aanname als lidmaat en dat Sicco Eissinga de naam Eissinga blijft gebruiken.
In 1658 verschijnt een Programma Funebris, uitgegeven door de universiteit omdat Derk Roelofs in zijn functie van beursmeester of Oeconomus van de Academie na een reis in Oost-Friesland ziek is geworden en na 10 dagen thuis in bed gelegen te hebben is overleden. Zijn naam wordt in het Latijn vermeld als Theodorus Rudolphi Dillinga, geboren te Dillich in het Gorecht, zoon van Rudolphus Dillinga en Rolina Joannis. Hij is getrouwd geweest met Anna Petri en Joanna Laurentii Rommers.
In 1681 verzoekt Vrouw Johanna Dillinga, vermoedelijk Johanna Cluivinge, aan de Etstoel van Drenthe "als naaste verwante ab intestato van wijlen Johan Cluivinge Olderman van 't Giltrecht tot Groningen possessionem summarissimam van desselfs goederen" (Johan is een zoon van haar broer of halfbroer Jacob Jansen Cluivinge). Er wordt een commissie ingesteld "om parthijen hijrover nader te verstaan, so doenlijck te verenigen off anders in possesorio summarissima te reguleren."
In 1682 koopt Capt. Rudolph Dillinga o.a. de hoge en lege Botterkamp .
[2] Deze landerijen zijn gelegen achter Noordwijk in Paterswolde, dat later in het bezit is van kapitein Johannes Toppinga, getrouwd met dochter Magdalena Modesta Dillinga. In 1684 koopt echter Lambertien Lunsche o.a. de lege bottercamp met verschillende waardelen in het onland van de Landschrijver van Drenthe, die optreedt namens de crediteuren van Olderman Kluvinck.
In 1685 wordt de erfenis afgehandeld van Johanna Cluivinge, weduwe Dillinga.
[3]
Verschenen zijn vaandrig Sicco Eissinga, capitain Rudolph Dillinga, die mede optreedt als gevolmachtigde van zijn broer de rigter Lourentius Dillinga, Sibrant Stratinck als voormond over de dochter Alagunda Sophia Dillinga van Johannes Dillinga en Gartia Alberts, geassisteerd door hopman Hindrik Pott als gecommitteerde weesheer, als erfgenamen van wijlen Johanna Cluivinge, weduwe Dillinga. Vaandrig Eissinga en capitain Dillinga zijn ooms van de pupil. Er zijn tilbare goederen en schulden aan capitain Maneels en Harm Haijes Terbergen?
Uit het eerste huwelijk:

   1. 

Elisabeth Derks Dillinga.
Gehuwd voor de kerk op 4-10-1650 te Groningen met Remmert Schuiringh.

Uit het tweede huwelijk:

   2. 

Sicco Eissinga, geboren circa 1635 te Groningen.

   3. 

Johannes Dillinga, geboren circa 1640 te Groningen (zie IIIa).

   4. 

Laurents Dillinga, richter, geboren circa 1640 te Groningen.
Ondertrouwd (1) op 6-5-1665 te Groningen met Albertien Memmens.
Gehuwd voor de kerk (2) op 27-9-1690 te Groningen met Mettina Sickmans.
Getuige bij het eerste huwelijk is Sicko Eissinga als broer voor hem, en mons. Tettema als nichten man voor haar.
Getuige bij het tweede huwelijk is voor haar hopman Lucas Hamminck als neef. Van het tweede huwelijk wordt op 25-9-1690 een huwelijkscontract opgemaakt.
[4] De getuigen zijn voor de bruidegom Gerhard Schaij, commandeur in Delfzijl en Ludolph Ludolphi, secretaris van Groningen als goede vrienden. Voor de bruid zijn de getuigen Johan Schrphuijs luitenant, "volle nichten man" en doctor Gualtherus Crijns, halve neef.

   5. 

Bernier Dillinga, gedoopt op 10-4-1642 te Groningen.

   6. 

Roelofje Dillinga, gedoopt op 19-11-1643 te Groningen.

   7. 

Sophia Dillinga, gedoopt op 2-8-1646 te Groningen.

   8. 

Rudolf Dillinga, gedoopt op 17-10-1647 te Groningen (zie IIIb).

 

Generatie III


 
IIIa    Johannes Dillinga, geboren circa 1640 te Groningen, zoon van
Derk Roelofs Dillinga (zie II) en Johanna Laurents Cluiving.
Gehuwd voor de kerk op 5-8-1667 te Groningen met Gartien Alberts, geboren circa 1625 te Winschoten.
Zij is eerder getrouwd geweest met Geert Jans Mensing, hertrouwt met Otto Harms Keijeraan.
Getuige bij het huwelijk is Jan Lant als neef.
Egbert van Goor en Ebel Auckes zijn voogden over de kinderen van Jan Dilling en Gartia. Op 29-10-1677 wordt luitenant Rudolph Dillinga voormond over het kind van Jannes Dillinga en Martien (dit zal Gartien zijn).
Op 14-1-1685 wordt Sibrand Strating in plaats van kapitein Dillinga momber over het minderjarige dochtertje van Jan Dillinga en Geertien Alberts geduren de scheiding van de bestemoederlijke goederen.
Uit dit huwelijk:

   1. 

Alegonda Sophia Dillinga, gedoopt op 21-9-1668 te Groningen.
Gehuwd voor de kerk (1) circa 1687 met Frerik Doedens.
Gehuwd voor de kerk (2) op 13-12-1707 te Groningen met Doede Jan Nieenhof, geboren te Coevorden.
Gedoopt als Aaltje. Ook Anna Sophia genoemd.

   2. 

Joanna Dilling, gedoopt op 14-4-1670 te Groningen.
vader is overleden bij de doop van dit kind.


IIIb    Rudolf Dillinga, kapitein, gedoopt op 17-10-1647 te Groningen, zoon van
Derk Roelofs Dillinga (zie II) en Johanna Laurents Cluiving.
Ondertrouwd (1) op 9-11-1678 te Groningen, gehuwd voor de kerk op 24-11-1678 te Vlagtwedde met Johanna Meijer, geboren te Winschoten, dochter van Johannes Meijer, predikant Ter Apel en Sellingen, en Sara Emmen.
Ondertrouwd (2) op 17-5-1684 te Groningen, gehuwd voor de kerk op 1-6-1684 te Vlagtwedde met Albertina Elisabeth Deusing, gedoopt op 1-6-1656 te Groningen, dochter van Antonius Deusing en Magdalana Modesta Scheidmans.
Getuige bij het huwelijk is richter Dillinga als broer voor hem en gezworene Wildervanck als neef voor haar.
Getuige bij het tweede huwelijk is richter Lourens Dillinga als broer voor hem en voor haar Hermannsus Deusinghius als broer.
Uit het eerste huwelijk:

   1. 

Sara Dillinga, gedoopt op 13-2-1681 te Groningen.

Uit het tweede huwelijk:

   2. 

Magdalena Modesta Dillinga, gedoopt op 2-12-1685 te Groningen, overleden 1748 te Groningen.
Gehuwd voor de kerk op 20-12-1711 te Groningen met Johan Toppinga, kapitein, gedoopt op 25-2-1677 te Groningen, zoon van Johan Toppinga, kapitein, en Catharina Buining.
Getuige bij het huwelijk is dr. Deusing als oom.



Homepage | E-mail

 


gemaakt met PRO-GEN 'Genealogie à la Carte' software



[1] Collectie Harms

[2] Collectie Harms

[3] Gra RA III ij d.d. 14-12-1685

[4] GA RA III ij8 d.d. 25-9-1690